Het CBS rapporteert vandaag: “Bijna 100 duizend jongeren (0- tot 25-jarigen) waren eind 2021 halfwees.” Dit nieuws vertaalt zich door in het volgende feit: ruim 2 procent van alle jongeren is één of beide ouders verloren. Op 31 mei 2022 adviseerde SZW-minister Van Gennip tegen een wettelijk rouwverlof. CNV Jongeren roept op tot een heroverweging.
“De inzichten van het CBS zijn ontzettend bitterzoet. Aan de ene kant wordt de grootte van de situatie van jongeren die een ouder verloren hebben veel duidelijker, waardoor er hopelijk preventief naar gehandeld gaat worden. En aan de andere kant is het verdrietig makend dat concreet bevestigd wordt dat de situatie zo groot is. Vooral aangezien de verliezen van andere dierbaren nog niet eens in deze cijfers zijn opgenomen”, aldus CNV Jongeren Rouwen & Bouwen-projectleider Inge Heesen.
Wettelijk rouwverlof
CNV Jongeren pleit voor een wettelijk rouwverlof – eveneens bij het overlijden van broers en zussen – van minimaal 10 flexibele, doorbetaalde dagen en per organisatie een geborgen visie op korte en lange(re) termijnondersteuning aan (jonge) rouwende werknemers, waar aandacht voor maatwerk in is opgenomen. “Uit een enquête onder onze achterban blijkt ook dat maar liefst 96,6% van de respondenten instemt met de noodzaak van een wettelijk rouwverlof”, geeft waarnemend voorzitter CNV Jongeren Hannah Borst aan. “Uit de uitvraag blijkt dat er met name behoefte is aan meer duidelijkheid, een kadering van hoe een werkgever het kan inrichten, zodat werknemers weten wat ze kunnen verwachten bij rouw.”
Oproep
Vandaar dat we het Ministerie van SZW sterk oproepen het wettelijk rouwverlof te heroverwegen. Of om inzicht te bieden in hoe kennis en bewustwording over rouw op de werkvloer geborgen zou kunnen worden in een eventueel breed maatschappelijk verlof, aangezien dat er nu nog veel te weinig is.
En waarom? Omdat wettelijk rouwverlof niet de dood is van maatwerk. En omdat goede rouwondersteuning op de werkvloer geen gelukstreffer mag – en hoeft– te zijn voor de rouwende werknemer.
CNV Jongeren gaat hierover graag in gesprek met het ministerie en de minister en staat altijd open voor het delen van een bakkie troost.